09 Een Spirituele Reis naar Cambodja

Beste mensen

Hier vind je het artikel over de Spirituele Cambodja Reis die Roelien maakte. Dit artikel verscheen in de Koörddanser van juni 2012.


Inleiding
Spiritueel Cambodja is een koninkrijk om aan te raden. De zachtaardige Boeddhistische bevolking, mooie tempelruïnes, de Mekong rivier met haar zoetwater dolfijnen en de avontuurlijke kustlijn geven je gevarieerde reismogelijkheden. Rugzaktoerist of luxe reiziger of als vrouw alleen, je reist er veilig. Vanuit Thailand vlieg je zo naar de toeristenplaats Siem Reap bij Angkor Wat. Schrijfster van het Krachtplaatsenboek ‘Gaia’s Kracht’, Roelien de Lange, neemt je voor de tweede keer mee in haar ervaringen.

Het karnen van de Melkweg
Een lang gekoesterde wens komt in vervulling. Nu loop ik werkelijk op die lange brug naar de tempel van Angkor Wat in Cambodja. Dit is één van de grootste krachtplaatsen op aarde, deel van een tempelcomplex en uitgestrekt als de provincie Utrecht, met stomende jungles, rijstvelden en groene bergruggen waar in grotten nog heilige mannen leven.
In een schaduwrijke zuilengang geniet ik van een enorm reliëf dat in steen de ‘churning of the sea of milk’ uitbeeldt. Het goddelijk karnen van de Melkweg? Stenen mannen dragen een enorme slang in hun armen. Wel honderd rondborstige Apsaras, vrouwelijke dansende engelen, verbinden het water met de hemelen. De topless danseressen van de Khmer koningen, waarvan er wel driehonderd aan het hof de heilige dansen uitvoerden, zijn een afspiegeling van deze hemelgodinnen.
Hindoe en Boeddhistische mythen wisselden elkaar af door de eeuwen heen. Het godendom uit India werd verspreid door reizigers die overzee met de passaatwinden naar Cambodja kwamen en een halfjaar later terugvoeren bij kerende wind.
Opnieuw komen mensen uit alle windstreken de grote tempel van Angkor Wat bezoeken, toerisme kan ook te veel zijn. Loop achter de tempel via de schaduwrijke bomenlaan naar een poortgebouw waar de energie sterk voelbaar is. Stem je af en voel daar de heilige hemel en aarde verbinding.

Maansverduistering
Ik vraag aan Buth, onze Cambodjaanse gids, of we met volle maan bij de Bayontempel kunnen komen. Daar staan de grote glimlachende Boeddhabeelden in geheimzinnig zilveren schijnsel. Maar de toegangspoorten tot de tempelsteden zijn ’s nachts gesloten. We rijden door naar een heuvel. Voor ons ligt het waterreservoir van de West-Baray, een maanlichtbaan voert naar de horizon. We houden offers van bloemen en vruchten omhoog naar de maan en leggen ze met goede wensen op de aarde. De geur van wierook geven we aan de nacht. Een kreet uit de jungle van vogel of nachtdier is ons antwoord. Dan schuift er langzaam een zwarte vlek voor de maan. In de verte horen we tempelbellen, horens en flarden discomuziek. De maansverduistering is begonnen. Bloedrood verdwijnt de maan in een magisch duister. Een verstilling treedt in.

Raadselachtig fenomeen
De West-Baray uit de 11e eeuw is een door mensenhanden gemaakt meer van zo’n 16 km2. In vroegere oorlogstijd krioelde het er van de krokodillen ter bewaking. Nu kun je er je boterhammetje opeten bij een verkoelend briesje in de hitte. De vier Barays bij Angkor Wat blijven een raadselachtig fenomeen. Voor de bevloeiing van rijstvelden dienen de overstromingen van het enorme Tonle Sap Meer al. Vis en rijst worden het hele jaar geoogst en voedde in de oudheid de Khmer beschaving waardoor grote tempelcomplexen gebouwd konden worden. In het meer bevinden zich honderden drijvende vissersdorpen.

Dagboeknotities:
Maansverduistering nog niet voorbij. Rode gouden bol met zwarte happen van aardeschaduw. De nacht koel, wind ritselt in de palmen. De roep van een gekko galmt tussen de muren van deze tropische tuin. Kat krijst een barst in de nacht. De wierook opgebrand. Gebeden naar de Pleiaden gezonden langs de rand van de Melkweg, waar de godheid bezig is met het karnen van oceanen.
De sushi’s op mijn bord als voedsel uit de hemel. Bij het toeristendiner werd vanavond een dansende zeemeermin verleid door de apenkoning. Honderden Japanners ratelden ceremonieloos, camera’s in de aanslag. De ziel van Angkor Wat ingeblikt in een toeristenfabriek.

50.000 olifanten
In het midden van de 12e eeuw, de bouwtijd van de Notre Dame in Parijs, was Jayavarman VII de grootste bouwmeester-koning in Cambodja. Hij bevrijdde het land van wrede overheersers en bracht het Boeddhisme terug. Vrouwen kregen politieke en sociale vrijheid. Hij bouwde hospitalen, scholen, bibliotheken en tempels zoals de Bayon, de beroemde tempel met de reusachtige Boeddhagezichten. Vanaf het bekende ‘olifantenterras’ bekeek hij wedstrijden op zijn paradeveld. Hij had een leger met 50.000 olifanten die ook de tempels hielpen bouwen. Muren met rijke reliëfs vertellen over zijn avonturen.

Bomen nemen het over
Angkor Wat’s romantiek wordt gevormd door de enorme kracht van bomen en jungle die een samenspel vormen met de oude tempels. Naast je zie je een mensdikke boomwortel die een poort of tempelgedeelte omstrengelt. De boom houdt de tempel overeind en de tempel is één geworden met de boom.
Gigantische zijdekatoenbomen groeien met grijparmen over de torens en gangen in Ta Prohm, dat ook door Jayavarman VII gebouwd werd. Hier krijg je het gevoel hoe de jungle alles overwoekerde toen rond 1900 Franse archeologen de tempels ontdekten. Het Ta Prohm klooster was ongelofelijk rijk. 900 jaar geleden had het 3000 dorpen onder zijn beheer, duizenden personeelsleden en grote voorraden juwelen en goud. Nu zijn het de Japanse toeristen die de ruïnes vullen. Op een afgelegen plekje mediteerde ik bij een donkere vijver. De tijd verschoof en ik werd een leerlinge in een wit gewaad. Ademde een diepe rust in en voelde Angkors energieveld ver uitgestrekt over de aarde in die oude tijden.
Met wat geluk vind je diezelfde rust terug bij de jungletempel van Beng Melea die minder bezocht wordt.

De Rode Khmer
Na 1975, aan het einde van de Vietnamese oorlog, kwam in Cambodja de militaire dictator Pol Pot aan de macht. Twee miljoen doden op de ‘Killing Fields’ waren het gevolg van deze wrede vorm van communisme. Hij had maar één ideaal: alle intellectuelen, kunstenaars, dansers en monniken, moesten rijst gaan verbouwen of sterven. De steden werden leeggehaald en mensen werden als slaven het platteland opgestuurd. Mijnenvelden hielden de bevolking in omsloten gebieden gevangen. Nog zie je waarschuwingsborden voor landmijnen en mensen met geamputeerde ledematen. Deze Rode Khmer sloopte veel tempels en verkocht de Boeddhabeelden en rijkdommen aan het buitenland. Nu zijn er overal hulpprojecten uit vele landen. Het is ongelofelijk hoe de hedendaagse Cambodjanen weer kunnen glimlachen, in vrede mediteren en hun nieuwe tempels bouwen.
In de grote tempelruïnes zul je ze moeten zoeken. De nonnen die in een klein heiligdom met Boeddhabeelden, bij kaarslicht de spirituele kracht bewaken. Ze zijn er elke dag bij hun altaar, glimlachen je toe en geven je wierook. Je voelt dat ze zuivere kracht in de kern van hun tempel handhaven. Onderin de grote Bayon tempel heb ik dit het allersterkste ervaren, hier zong de Inner Smile, die glimlach van al die grote Boeddha’s door mij heen.

Gouden torens als lotusknoppen
Tempels zoals Angkor Wat hebben vijf torens die spiegelen in het water.
Dit illustreert de Indiase mythe over de heilige berg Meru, de woonplaats van de goden die in een kosmische oceaan ligt.
Op een warme middag mediteerde ik aan het Koninklijke vrouwenbad, blauwe lotusbloemen wuifden in de wind. Ik zag de sierlijke danseressen baden zo’n duizend jaar geleden. Hoog in de energiesferen rees een gouden tempelstad op, als een afspiegeling van Angkor Wat. De vijf torens stralend van gouden licht. Het werd mij duidelijk dat deze aardse krachtplaatsen als een weergave van de Goddelijke Wereld gebouwd zijn. Of is het een duizendjarige gedachtecreatie van mediterende mensen die zichtbaar wordt op het astrale niveau? Er worden nog steeds prachtige tempels door de Cambodjanen gebouwd met goudbeklede daken en torens. Wat een enorme toewijding!

De raadgeefster van de koning
Onze gids die spirituele connecties heeft, brengt ons rechts van de Angkor Wat tempel bij een huisje in het bos. Hier woont de ‘fortune teller’. De koning bidt elk jaar bij het oude heiligdom dat voorbij haar huis aan het water ligt en komt daarna de wijze vrouw raadplegen. Ook op deze plek vind je de rust en kracht van het oude Angkor. Ik ontmoet het medium van de koning, een serene vrouw in een witte zijden sarong, het haar in een zwarte wrong. Op de kussens voor haar Sjamaanse altaar geeft zij mij raad omgeven door krachtvoorwerpen, kaarsen en boeken. Ik voel haar zuivere helderziendheid. Een medicijnvrouw schrijft later wel erg laxerende medicijnen voor!

Tochten in de omgeving
Langs bloeiende lotusvijvers kom je bij het prachtig bewerkte tempelcomplex van Banteay Srei, met zijn Madurodam achtige afmetingen. Nergens vind je zulke verfijnde opengewerkte bloemenreliëfs en figuren die in de rode zandsteen lijken te gloeien. Ga laat in de middag om de horden Japanners te ontwijken.
Neem een dag voor de heiligdommen van Phnom Kulen. Ze liggen in een bebost berggebied en je bereikt ze over slechte wegen. Hier werd rond 800 het Cambodjaanse rijk gesticht met een speciale lingacultus. In een heldere bergstroom zijn onderwater duizend stenen fallussen of heilige linga’s aangebracht. Hun symbolische vruchtbaarheid stroomt met het geënergetiseerde rivierwater naar de lagergelegen rijstvelden.
Een bospad voert naar een heilige bron waar water uit wit zand omhoog wervelt. Dit is dè plek om te mediteren, zittend op de traptreden van de godenhuisjes glij je zo in een diepere waarneming. Geef jezelf een uur, want de Cheiros tijd verloopt hier heel anders! Ritueel doopten mijn reisgenoot en ik elkaar en sloten er vrede vanuit een vorig leven. Ik geloof dat ieder mens naar krachtplekken wordt getrokken waar belangrijke gebeurtenissen uit vorige levens natrillen. De verhoogde energie van 2012 geeft hierbij impulsen tot sterke transformatie.
Koelte vind je bij de paradijselijke watervallen, daarvoor daal je langs een lastige trap een ravijn in, voor mij was dit de krachtigste natuurplek van de reis, ik had er dagen willen blijven. Je kunt er in een rieten mand boven het water schommelen, opgenomen in het geruis van de waterval.

Opgefrist kun je de ‘liggende Boeddha’ bezoeken. Via houten trappen klim je op een rotspunt om deze slapende goudkleurige Boeddha aan te raken. Van daaruit zie je de jungle en het heiligdom met de pagode van Phnom Kulen als in vogelvlucht. Voor zijn woongrot kun je misschien de Heilige Man aantreffen, waar je een zegen aan mag vragen. Op zijn keel en lichaam zijn religieuze teksten getatoeëerd en zijn ogen zijn vol vriendelijke compassie. Hij geeft je totale aanvaarding in liefde. Dat neem je mee uit Cambodja!

Klik hier om naar de inhoudsopgave van alle reisverhalen te gaan.